Ken je die scène uit Assepoester met Lucifer? Nadat we de opvoering van de twee valse stiefzussen hebben uitgezeten in hun muziekkamer, krijgen we de juiste tonen van het liedje Sing, Sweet Nightingale te horen, nu uitgevoerd door Cinderella. Terwijl ze dweilt en zeepbellen haar spiegelbeeld omhoog dragen dromen we weg, totdat zij – en dus wij – op de keiharde marmeren realiteit neervallen. Vol vieze kattenpootjes.
Vroeger wilde ik haar zijn, speelde ik haar na. Ik hield ook al heel jong van schoonmaken, mooi maken. Ja echt. Maar sinds ik buiten zwerfafval aan het opruimen ben, voel ik me opnieuw verwant met Assepoester. Met haar eeuwig vrolijke humeur, vlekkeloze tweedehands outfit en beeldschone gezicht swipet zij al het vuil bij elkaar met een sierlijkheid waar je U tegen zegt.
Dan zie ik mezelf in een winkelruit: net rood aangelopen doordat ik m’n kroost weer eens 5 keer moest roepen totdat ze stopten met de mensen omver te steppen, een snotveeg aan mijn hipsterbroek en een ontploft krullenkapsel. Oh ja en uitgelopen mascara, iets dat mensen nooit tegen je zeggen en je pas ontdekt als je als mama je eigen spiegelbeeld aanschouwt. En als ik vervolgens met een zucht weer verder sjok om het volgende papiertje op te pakken, waait’ie nét weg en grijp ik als een debiel in de lucht met die stok. Heel elegant.
Het sprookje kent zoals elk verhaal een dieptepunt, waarbij heel onterecht de zusters wél naar het bal vertrekken en het arme meisje niet. Maar dan komt de goede fee en we weten allemaal dat ze met de leukerd trouwt (of verklap ik nu het einde voor een enkeling?). Deze volgorde heb ik van haar nageaapt met mijn prins op het witte skateboard, en ben daar best tevreden over. Alleen denk ik niet dat zij ooit nog hoefde schoon te maken daarna. Daar zit een wezenlijk verschil.
Ik denk dus regelmatig aan Assepoes, maar met name aan die ene scène. Het werk houdt niet op: zwerfafval blijft aanwaaien. Alleen is er geen dikke gemene kater die we de schuld kunnen geven hiervan. Dus ga ik er gewoon mee verder en hoop dat deze gewoonte in het straatje van meer mensen gaat passen. Dat zou een geweldig einde zijn van mijn sprookje. Of het begin van een nieuwe?