“HALLOOO, mag ik er even door?” Ik werd terug naar de aarde gezogen en keek om. Een dame stond achter me met haar boodschappenkarretje. Beduusd deed ik een stap opzij, mompelde een “sjorrie” en zag hoe ze een zakje gesneden ijsbergsla gewassen in ijswater uit de koeling haalde, teruglegde en het zakje erachter pakte. Daarna keek ik naar m’n mandje – en wilde overgeven.
Ik zal even rewinden om me nader te verklaren. Via @plasticsoupfoundation stuitte ik op een bericht over hun vernieuwde app My Little Plastic Footprint, waarmee je kunt meten hoe verplastict je bent – en hoe je dat kunt reduceren. Gretig downloadde ik de tool; daarna ging een wereld voor me open.
Van tandenborstels wist ik wel dat er betere opties waren, maar dat je microfiber doekjes microplastics afgeven – helemaal als je ze wast met waspoeder, want dat “scrubt” lekker – daar had ik geen idee van. En dus ook niet dat je die deeltjes loost in het milieu en/of jezelf. Dit was MIJN doekje, zelfs voor het handjes-toet moment van mijn dochters na het eten. Ook pas na deze app drong tot me door dat m’n werkritueel kauwgom kauwen van plastic was. F*ck.
Beide items zijn direct gedeletet, andere spullen worden trager uitgefaseerd. In de plaats komen houten snijplanken, spatels, knijpers, borstels, knuffelberen en Barbies. Synthetische kleding gaat nu in een handmade vloeibaar sopje. Maar, niet alle plastic is slecht. Mijn nieuwe siliconen menstruatiecup kan 10 jaar mee en scheelt kilo’s geïrriteerde opmerkingen van mijn wederhelft wanneer ik weer eens “iets” vergeten was weg te gooien.
In deze groene ontdekkingsreis enterde ik afgelopen zondag de Albert Heijn. Ik pakte een mandje, liep door de poortjes en – sjoemmm. Geluid en tijd maakten plaats voor een spot op alle producten. Of beter gezegd: alle plastic. Ik zag plastic. Plastic. In de verte hoorde ik geroep.
Back to earth zagen mijn groene ogen wat er in m’n mandje lag. Een paddenstoelenmix voor pasta met een takje tijm en rozemarijn verpakt in een aquarium van plastic waar huisvissen qua leefruimte jaloers op zijn. Ik werd misselijk, kocht het toch, maar voor de laatste keer.